De inflatie in Nederland bedroeg in december 2024 volgens een snelle raming van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) 4,1 procent. Daarmee is sprake van een lichte stijging ten opzichte van november, toen de inflatie 4,0 procent bedroeg. Deze voorlopige cijfers zijn gebaseerd op nog onvolledige brongegevens; de definitieve inflatiecijfers worden op 14 januari gepubliceerd.
De inflatie wordt gemeten aan de hand van de consumentenprijsindex (CPI) en geeft de prijsontwikkeling van goederen en diensten weer ten opzichte van dezelfde maand een jaar eerder. Over heel 2024 zijn de prijzen volgens de raming gemiddeld 3,3 procent gestegen in vergelijking met 2023.
Prijsstijging in verschillende productgroepen
Het CBS meldt dat de prijsontwikkeling in verschillende productgroepen uiteenloopt. Voedingsmiddelen, dranken en tabak werden in december fors duurder met een prijsstijging van 6,7 procent, tegenover 6,2 procent in november. Diensten volgden met een stijging van 5,8 procent, eveneens iets hoger dan de 5,5 procent van de maand ervoor. Bij industriƫle goederen exclusief energie en motorbrandstoffen was er daarentegen sprake van een opvallende stabilisatie: de prijzen bleven in december ongewijzigd, terwijl deze in november nog met 1,3 procent stegen. De energieprijzen, inclusief motorbrandstoffen, stegen licht met 1,4 procent, na een daling van 0,3 procent in november.
Verschillende inflatie-indicatoren: CPI en HICP
Naast de CPI publiceert het CBS ook inflatiecijfers op basis van de Europees geharmoniseerde consumentenprijsindex (HICP). Dit cijfer maakt internationale vergelijking mogelijk doordat alle EU-lidstaten dezelfde definities en methoden hanteren. De HICP-inflatie in Nederland kwam in december uit op 3,9 procent, een lichte stijging ten opzichte van de 3,8 procent in november. Over heel 2024 zijn de prijzen volgens deze methode gemiddeld 3,2 procent gestegen in vergelijking met 2023.
Een belangrijk verschil tussen de CPI en de HICP is dat de HICP geen rekening houdt met de kosten van wonen in een eigen woning. In de CPI worden deze kosten wel meegenomen, berekend op basis van de ontwikkeling van woninghuren. Dit verklaart waarom de inflatiecijfers tussen de twee methoden kunnen verschillen.
Europese context en monetaire impact
De HICP-cijfers worden gebruikt door Eurostat om de inflatie in de eurozone en de Europese Unie te berekenen. Voor de Europese Centrale Bank (ECB) zijn deze cijfers van groot belang bij het bepalen van het monetaire beleid. Terwijl de inflatie in Nederland licht steeg, wordt verwacht dat de Europese cijfers meer inzicht zullen geven in de bredere economische trends binnen de EU.